Vroeger vertelde ik mopjes. Eén daarvan is:
Er loopt een olifant met 2 mieren, één van de mieren zit op de rug van de olifant en één loopt ernaast. Zegt degene die naast de olifant loopt tegen de ander: wughmpietje.
Ik wist alleen niet zo goed wat wughmpietje betekent.
Precies op een verjaardag van één van mijN ouders vertel ik in geuren en kleuren deze mop. De lachers op mijn hand.
En ik vraag erachteraan: papa, wat betekent wughmpietje? Nog meer lachers op mijn hand.
Nu kan ik er heel hard om lachen, samen met het bezoek. Maar het heeft even geduurd voor ik weer geloofde dat er geen domme vragen bestaan.
Het allerbelangrijkste wat ik ervan heb geleerd is dat je elke vraag die je hebt, het beste direct kan stellen. Al vinden anderen jouw vraag nog zo dom, voor jezelf is het in ieder geval heel slim.
Inge Kramer Coaching 